onder de kokosbomen
In stripverhaaltjes worden de helden altijd onthaald met fleurige bloemenkransen wanneer ze op een paradijselijk eiland landen voor weer één van hun onvergetelijke avonturen. Wie dacht dat het er alleen maar in de stripverhaaltjes zo aan toe gaat, is goed mis. 2 vriendelijke dames staan ons op te wachten met een mand vol bloemen vergezeld van 2 “goeddoorvoede” Tahitianen die vrolijk op hun gitaar tokkelen, we krijgen elk een versgeplukt bloemetje dat we dankbaar achter ons oor steken. De echte bloemenkrans krijgen we van onze “gastheer” ( Kris, een fransman die hier al 7 jaar woont) en zo ga je al gauw breed glimlachen, net als alle Tahitianen hier.
Later ontdekken we dat de Tahitianen niet alleen de toeristen versieren met fleurige bloemen maar zelf ook graag kleurrijk door het leven gaan. Een netjesgekleede man met aktetas en bloemenhemd op weg naar zijn werk, een bushokje versierd met kokosbladen, een fles water of een pakje kaas dat je in de winkel koopt, alles is hier rijkelijk versierd.
Onze eerste nachten slapen we nog even bij Kris, de vriendelijke fransman en zijn vriendin Poe, een echt Tahitiaanse. Samen verwennen ze ons zoals echte Tahitianen dat doen, we eten heerlijke “poisson cru” en lenen ’s ochtends hun kayak om even tussen de dolfijnen te peddelen, Frans Polynesië belooft een mooie ervaring te worden!
Bij gebrek aan een auto en publiek transport, liften we het eiland rond, wat hier trouwens ongelooflijk gemakkelijk gaat, nooit langer wachten dan 3 minuten en meestal vraagt de chauffeur gewoon waar je naartoe wil en brengt je er meteen heen. En zo leren we een Tahitiaan kennen die ons ’s anderendaags komt oppikken om samen te gaan surfen of belanden aan de andere kant van het eiland, bij de wereldbekende golf: Teahupoo!
Met een motorbootje varen we tot vlakbij de golf. Een gigantische watermassa die als een muur uit de zee stijgt, zich dan plots dubbelvouwt om met een gigantische kracht weer neer te storten. Pas vlak voor dat laatste moment varen we de golf over, voor ons meer dan adrenaline genoeg.
Tahiti is niet groot en doet je al gauw naar meer verlangen, we boeken een “pas decouverte” en vliegen nog naar 3 andere eilanden in de buurt: Moorea, Huahine en Raiatea.
Het eilandhoppen begint bij Moorea, witte stranden, helderblauw water, elke dag een prachtige zonsondergang, ananasplantages, kokosbomen,… velen noemen het hier het paradijs, en terecht.We zetten ons tentje op onder een lage kokosboom waar we veiligheidshalve de rijpe kokosnoten uitplukken. De camping ligt aan een mooi klein wit strandje, Dries hakt er, als een echte robinson, elke dag een kokosnoot open en we genieten ’s avonds van een prachtige zonsondergang. Na de zon gaat ook de maan onder, iets wat we nog nooit gezien hebben. Vol verbazing zien we hoe de maan als een gouden bootje naar de horizon glijdt, voor een Fransman naast ons is het eerder een gouden haai. En zo neemt de maan in ieders fantasie andere vorm aan.
Ook hier liften we het eiland rond, deze keer al iets minder makkelijk met wat minder verkeer maar de gastvrijheid is des te groter en voor we het weten zitten we mee aan tafel bij een Frans gezin, dat zoals zoveel andere Fransen hier naar warmere oorden verhuisde. Na een heerlijke maaltijd liften we verder tot het uitkijkpunt van het eiland waarna we zwetend door het bos, langs tropische bomen en ananasplantages terug afdalen tot een grote baai. Het is hier vaak veel te warm en we zijn blij als we een groot wit strand ontdekken met nog blauwer water en prachtige visjes, een welkome verfrissing! Voor het mooiste op dit eiland, heb je zelfs geen auto nodig. We wandelen vanaf onze camping door het water tot we in de verte vele bootjes bij elkaar zien liggen, we wisten dat je hier haaien en sting-rays (hele grote vlinderachtige vissen) kon zien, dus zwemmen we nieuwsgierig dichterbij. We hebben het plekje gevonden! Het krioelt hier van de sting-rays die even nieuwsgierig als ons dichtbij komen zwemmen. En wanneer een bootje vol toeristen met veel geld en weinig zwemcapaciteiten de sting-rays komen voeden, verschijnen ook de haaien die er toch net iets minder vriendelijk uitzien. Als echte striphelden, benieuwd naar nieuwe avonturen, stappen we weer het vliegtuig op, deze keer naar Huahine.
Dit eilandje is wat kleiner dan Moorea, nog niet ontdekt door de rijke toeristen en dus ook veel rustiger. Ook hier belanden we weer op een prachtige camping, vlak bij een surfbreak waar Dries zich al eens in het water waagt en zijn surfhonger even weet te stillen. We lenen 2 kayaks en peddelen naar de volgende baai waar je zalig kan snorkelen. Hier vinden we dan eindelijk de kleine Nemo, die zich, net als in de film, verstopt tussen grote anemonen.
Op onze “tour de l’ île” stoppen we deze keer bij een parelkwekerij, iets waar Frans Polynesië bekend voor blijkt te zijn. Met een bootje varen we tot bij de kwekerij, een hutje midden in de baai. Na plichtsbewust te luisteren naar wat uitleg over de parels, genieten we vooral van de rust hier en duikt Dries met zijn snorkelmasker het water in en ontmoet nu zowat de hele cast van Finding Nemo. Hier zouden we heel lang kunnen blijven zitten!
De tijd vliegt voorbij en onze laatste avond hier genieten we op het strand van, ja goed geraden, een mooie zonsondergang. Een Tahitiaanse familie naast ons die vrolijk samen zingen en gitaar spelen zorgen voor de achtergrondmuziek.
We vliegen verder naar Raiatea, een wat groter, wilder eiland waar we voor de laatste keer ons tentje op zetten. Voor een “overwaterbungalow” betaal je hier al gauw 600 euro, net iets boven ons budget, maar de steiger die hier tot diep in het water loopt en waar we elke avond de visjes eten geven en genieten van de rust, is voor ons minstens even veel waard! Vanop de steiger kan je in de verte een “motu” ( een piepklein eilandje in de lagune) zien, nieuwsgierig als we zijn, peddelen we de volgende dag met een kayak ernaar toe. Een groepje vrouwen die hier toevallig zitten te picknicken, nodigen ons al snel uit om mee te eten en zo zitten we op wit zand, in ondiep blauw water, met wat schaars geklede vrouwen rond ons te genieten van heerlijke vis met verse kokos.
De laatste nacht op Tahiti, slapen we terug bij Kris, met een heerlijke pizza en een pintje genieten we na van onze prachtige reis hier. ’s Ochtends brengt z’n vriendin ons naar de luchthaven en als afscheid krijgen we een schelpenketting. “Een ketting die je deze mooie eilanden nooit laat vergeten en je misschien weet te verleiden weer terug te komen..”
Reacties
Reacties
waauuuw!!!
je moet ons wel beloven dat onze helden dan ook op het einde van het verhaal een megastapel pannenkoeken in hun kas zullen slagen he!
Amaaai zalig!!!
Ik ben meer een fan van everzwijn
Reageer
Laat een reactie achter!
- {{ error }}